Auteur: Eva Gerlach
Uitgever: Querido
Jaar van uitgave: 1998
ISBN-nummer: 9021463695
Aantal pagina’s: 47
Prijzen: Zilveren Griffel (1999), Nienke van Hichtumprijs (1999), PC Hooft-prijs (2000).
Genre: Poezie
Leeftijd: 12+
De schrijfster heeft de gedichten in dit album geschreven vanuit het perspectief van het kind. Hierdoor ervaar je als lezer dat de thema’s je zullen aanspreken. De dichtster behandelt achtereenvolgens vriendschap, angst, ouders en gedachten. De gedichten gaan bijna allemaal over hele gewone, dagelijkse dingen. Je zult genieten van de wijze waarop allerdaagse gebeurtenissen op een rake of grappige manier worden beschreven. Alle gedichten worden ondersteund met leuke illustraties die een scène uit het gedicht uitbeelden.
Man met witte billen
Het stomme was dat hij niets zei,
stond midden op het pad, keek bangig naar mij.
Ik riep: ‘Dag meneertje, heb jij
je kleren daar achter de struiken wel opgevouwen?
Kijk maar uit, je wordt nog verkouwen.’
Hij stapte opzij, in de verte hoorde je banden
knerpen over de weg van de andere kant.
‘Ha,’ zei Daan, ‘witte billen hè, zag je
hem gaan? Als een scheet door de brandnetels met dat piepkleine
piemeltje onder zijn hand!’
Uitgever: Querido
Jaar van uitgave: 1998
ISBN-nummer: 9021463695
Aantal pagina’s: 47
Prijzen: Zilveren Griffel (1999), Nienke van Hichtumprijs (1999), PC Hooft-prijs (2000).
Genre: Poezie
Leeftijd: 12+
De schrijfster heeft de gedichten in dit album geschreven vanuit het perspectief van het kind. Hierdoor ervaar je als lezer dat de thema’s je zullen aanspreken. De dichtster behandelt achtereenvolgens vriendschap, angst, ouders en gedachten. De gedichten gaan bijna allemaal over hele gewone, dagelijkse dingen. Je zult genieten van de wijze waarop allerdaagse gebeurtenissen op een rake of grappige manier worden beschreven. Alle gedichten worden ondersteund met leuke illustraties die een scène uit het gedicht uitbeelden.
Man met witte billen
Het stomme was dat hij niets zei,
stond midden op het pad, keek bangig naar mij.
Ik riep: ‘Dag meneertje, heb jij
je kleren daar achter de struiken wel opgevouwen?
Kijk maar uit, je wordt nog verkouwen.’
Hij stapte opzij, in de verte hoorde je banden
knerpen over de weg van de andere kant.
‘Ha,’ zei Daan, ‘witte billen hè, zag je
hem gaan? Als een scheet door de brandnetels met dat piepkleine
piemeltje onder zijn hand!’